Knipperlichten
Netto-bedrijfskapitaal
Vergelijkt de vlottende activa (voorraad, handelsvorderingen en liquide middelen) met de schulden op korte termijn (sociale en fiscale schulden, leveranciers,...).
De ratio moet positief zijn, anders loopt de onderneming een risico op een tekort aan geldelijke middelen en kan ze daardoor haar schulden op korte termijn niet binnen een normale termijn terugbetalen.
Cashflow
De cashflow meet de reële capaciteit van een onderneming om toegevoegde waarde te genereren.
Het is daarom een nauwkeurigere maatstaf dan het resultaat (winst of verlies).
Een onderneming moet voldoende toegevoegde waarde genereren om schulden terug te betalen en een winst te realiseren waarmee de toekomst verzekerd kan worden.
Een onderneming met een negatieve cashflow is op het einde van het jaar minder rijk.
Ze eet haar reserves (eigen vermogen) op om te overleven.
Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio meet de verhouding tussen het eigen vermogen en de totale passiva (financieringsmiddelen).
Naast het eigen vermogen maken schulden deel uit van de financieringsmiddelen van een onderneming.
Een verhouding van 25% en meer wordt als gezond beschouwd.
Er is minstens 15% nodig om te overleven.
Als de ratio negatief is, betekent het dat de onderneming meer schulden dan activa heeft en dus niet alles kan terugbetalen.
Ratio personeelskosten / toegevoegde waarde
De toegevoegde waarde is het verschil tussen de omzet, aangekochte goederen en algemene kosten.
Met de toegevoegde waarde moeten de lonen betaald worden.
Als die echter meer dan 80% van de toegevoegde waarde wegknabbelen, loopt de onderneming het risico dat ze haar kredietlasten niet kan dragen en onverwachte gebeurtenissen niet aankan.
Wanneer de ratio negatief wordt, is het bedrijf verlieslatend, wat uiteraard nooit een goed teken is.
Betalingservaring
Trends Business Information verwerkt de betalingservaringen van Belgische bedrijven
Dit laat ons toe een inzicht te krijgen in het gedrag van de ondernemingen die een risico op wanbetaling vertonen
Claims
Trends Business Information volgt incassodossiers op van verschillende partners.
Zowel het aantal leveranciers als het aantal facturen en ook de bedragen van de diverse dossiers laten u toe het betaalgedrag van de onderneming te evalueren.
Administratieve schrapping door de KBO
Indien een balansplichtige vennootschap gedurende 3 opeenvolgende jaren geen jaarrekeningen publiceert wordt ze administratief geschrapt door de Kruispuntbank voor Ondernemingen
Terminologie
- Voorraad :
de goederen die een onderneming
aankoopt om in het kader van haar activiteiten al dan niet bewerkt
door te verkopen.
- Handelsvorderingen :
klanten betalen lang niet altijd onmiddellijk en krijgen wel eens
uitstel van betaling.
Het bedrag aan onbetaalde
klantenfacturen worden als handelsvorderingen geboekt.
- Liquide middelen:
financiële middelen die onmiddellijk of op korte termijn beschikbaar
zijn, zoals bedragen op zichtrekeningen, geld in de kassa en
bankbeleggingen op korte termijn.
- Sociale schulden:
schulden van de onderneming bij de Sociale Zekerheid, namelijk alle
werkgeversbijdragen en het sociale deel dat op de werknemers
afgehouden wordt.
Die schulden zijn niet noodzakelijk
vervallen.
Het is dan ook logisch dat ze bij een onderneming
met personeel op de balans staan.
- Fiscale schulden:
schulden van de onderneming bij de fiscale administratie, namelijk
te betalen belastingen (directe belasting) en BTW (indirecte
belasting).
Die schulden zijn niet noodzakelijk vervallen.
Het is dan ook logisch dat ze bij een onderneming op de balans
staan.
- Geldelijke middelen:
totale financiële middelen van een onderneming, op lange
(beleggingen op lange termijn) of korte termijn.
Geldelijke
middelen op korte termijn kunnen met de liquide middelen vergeleken
worden.
- toegevoegde waarde:
de waarde die een onderneming via haar
activiteiten toevoegt.
dat kan met (industrie, horeca) of zonder
(kledingverkoop) bewerking van grondstoffen en via dienstverlening
(dienst na verkoop, expertise).
- Eigen vermogen :
te vinden op de passiefzijde van de balans.
Het omvat de financiële middelen van een onderneming die niet vreemd
zijn (geleend werden) en dus niet terugbetaald moeten worden.
Het
eigen vermogen is samengesteld uit kapitaal, uitgiftepremies,
herwaarderingsmeerwaarden, reserves, overgedragen resultaat en
kapitaalsubsidies.
- Financieringsmiddelen :
een onderneming moet de nodige
middelen hebben om haar activiteiten te financieren.
De optelsom
daarvan staat op de passiefzijde van de balans en er zijn slechts
twee bronnen: eigen vermogen en vreemd vermogen.
- Activa:
waarvoor de financiële middelen gebruikt worden.
Dat
kan op lange termijn zijn voor investeringen (vastgoed, financieel,
wagenpark, machines,...), op korte termijn (voorraad,
klantenvorderingen), of onder de vorm van liquide middelen, op de
bank of in kas.
- Tegoeden:
komt overeen met de totale activa.
- Algemene kosten:
omvatten dagdagelijkse diensten en
leveringen aan de onderneming, bijvoorbeeld energie, huur, prestaties
van experten (advocaten, boekhouders, consultants) en aankoop van
kleine benodigdheden (kantoormateriaal, inrichting,...).